25 Juni, Navarrete – Santo Domingo de la Calzada.
40 km, 638 m hoogte


Het landschap is hier heerlijk om te lopen.
Vruchtbare grond vol wijn- en tarwevelden, stukken bos en boomgaarden.

 

1

Heerlijk wandelgebied

 

1

Vruchtbaar richting Najera

 

Bovendien klimt het ook nog naar de Alto de San Antón, 670 m hoog en direct hierna naar de Poyo de Roldán. Deze laatste is weer dezelfde ridder Roeland die we al eerder gezien hebben en (ook) hier gevochten zou hebben met de Moorse reus Ferragut.

Nu zie je van verre de zendmasten die op de Poyo staan.
Regelmatig wordt nog wel de Carretera, de N120, gekruist maar deze is niet storend.

1

Nájera – Villamayor

 

1

Navarrete - Nájera

 

Nájera komt in zicht en we zijn al 18 km op pad vandaag.
De plaats inlopend zien we een gedicht op een betonnen muur die nogal eens genoemd wordt in publicaties en we gaan de brug over de Río Najerilla het centrum in. Nájera ligt in een mooi dal met steile rode rotsen aan de overzijde.

1 

Over de Río Najerilla

 

1

Nájera ligt onder steile rode rotsen

 

Toen ik 10 jaar geleden hier liep, kwamen we een wat vreemde Oostenrijkse tegen met Tefa sandalen aan. Ze liep de Camino vanaf St-J-P-d-P voor de 2e keer en was erg tevreden met deze sandalen. Ze wilde nu alleen i.p.v. 22 dagen in 17 dagen aankomen in Santiago. Daarom liep ze zo ongeveer dag en nacht en sliep in de velden!
De refugio was alleen om te douchen.

In dezelfde tijd had ik hoge Meindels met te harde zolen. Martelwerktuigen die ik elke 2 uur uitschopte en waarin ik bij de hoge temperaturen de voeten veel te nat kreeg. Later thuis heb ik zelfs de 4 daagse met Teva’s gelopen! Ook Loes loopt hele stukken met deze Teva’s, soms met blote voeten, nadeel is dat er makkelijk steentjes tussen zool en voet kunnen komen.

In het centrum is het tijd voor een koffiestop met broodje wat met enige moeite lukt. Ze hebben hier gisteren een soort volksfeest gehad en kennelijk denderde dit nog wat door in het hoofd van de kastelein, want hij kwam maar moeizaam op gang.

1 

Santa María la Real 

 

1

Het dal uit

 

In het klooster Santa María la Real is ook een refugio, bovendien liggen er middeleeuwse Navarrese koningen begraven (Real).

Meteen hierna gaat het omhoog over een onverhard weggetje tussen de bossen door naar het plateau. Dit is een mooi zacht golvend gebied met veel wijn- en landbouw in de rode aarde.

De Moren hebben een irrigatiesysteem nagelaten, waardoor overal water door kanaaltjes stroomt. Dit water wordt met betonnen kolommen kunstig onder de weggetjes doorgevoerd, via het communicerende vatensysteem. Het is hier vooral zomers vaak gortdroog.
Een stuk gaat het nu over een smal verlaten asfaltweggetje naar Azofra.  


1

Nájera – Santo Domingo de la Calzada

 

We komen een blinde man met hond tegen die voortschuifelt.
In de refugio in Roncesvalles had ik hier van gehoord. Honden zijn normaal verboden, maar blinden hebben gelukkig een attest, zodat de hond toegelaten moet worden. Dit was net voor mijn werkperiode gebeurd.

Toen ik de man vroeg of het goed ging, met de bedoeling om hem te helpen, reageerde hij erg geschrokken en afwerend. Okay, goed, goed! Achteraf vraag ik me af hoe het mogelijk is de Camino te volgen als je blind bent? De hond ziet vast geen gele pijlen!?

Sommige pelgrims willen met een hond op stap en zo nu en dan kom je ze wel tegen. Hou er rekening mee dat in praktisch alle refugio’s honden verboden zijn! Ook in het verdere Spanje wordt het je niet makkelijk gemaakt, zoals in cafés en restaurants. Je zult daarom een tentje om te overnachten mee moeten nemen. In Roncesvalles in de refugio hadden wij er een speciaal tentje voor staan, waar met hond geslapen kon worden.

 

1 

Picknickplaats in Azofra

 

1

Dikke kersen!

 

In Azofra is net buiten het dorp een picknickplaats met bron, waar we bijkomen. Loes heeft altijd wel wat lekkernijen bij zich, zoals gedroogde visjes met brood, die weinig wegen en voldoende kracht geven om door te gaan. Bovendien zorgen we vers brood en een yoghurtje bij ons te hebben.

Buiten Azofra gaat het de velden in. De autosnelweg komt gevaarlijk dicht in de buurt waarna we meer links buigen tussen de wijn – en korenvelden door. Ineens zien we kersen langs de weg. Deze zijn de nogal wrange kleine wilde exemplaren, maar een zijpad in staat een paar honderd meter verder een boom met grote knapen. En achter deze boom een kleinere, welhaast verscholen boom, met nog grotere!

Loes zegt altijd bosjesvrouw te zijn en van hetzelfde ben ik ook, zodat we al gauw de verse kersen plukken. We nemen meteen een flinke portie voor onderweg mee. Terug op de Camino komen we een paartje Duitse fietspelgrims tegen, die ook wel kersen willen. Loes deelt ze met gulle hand uit en daarna wijzen we op de boom.

1 

Heerlijk wandelgebied 

 

1

Klaprozen in het voorjaar

 

Het zacht golvende terrein is kleinschalig en een geweldig mooi wandelgebied. Overal zijn de bermen vol bloemen waarbij vooral de klaprozen opvallen.

Het volgende plaatsje Cirueña zien we na een eikenbos voor ons liggen, waarbij we toch weer 10 km afgelegd hebben. Langs een golfbaan gaat het richting centrum waar we een bar ontdekken, want de kilometers gaan nu toch wel een beetje tellen.

Voor ons, zacht glooiend naar beneden, ligt in het dal van de Río Oja, Santo Domingo de la Calzada met zijn klokkentoren, maar het is toch nog 6 km lopen.

Het betekent; de heilige Domingo van het plaveisel (of wegen).
Deze leefde zo ongeveer in 1044 - 1109 en was eigenlijk een kluizenaar–ingenieur. Overal zorgde hij voor de aanleg van fatsoenlijke bestrate paden (Calzada), maar ook vaste bruggen over de Ríos. Hij stichtte pelgrimshospitaals, refugio’s en begon met de bouw van de kathedraal. San Juan de Ortega was een leerling van hem. Santo Domingo ligt in een keurige sarcofaag in een aparte crypte in de kathedraal, tegen over het kippenhok (Gallinero).

 

1

Klokkentoren

 

1

Santo Domingo de la Calzada

 

  Haan en Hen, legende
In 1020 was een Duits echtpaar uit Münster met hun knappe blonde achttienjarige zoon Hugo onderweg. In de refugio van Santo Domingo viel de herbergiersdochter als een blok voor hem. Zij nodigde hem meteen uit de nacht samen door te brengen. De jongeling weerstond deze verleiding en wees het af. Zoals afgewezen vrouwen doen nam ze wraak, in dit geval verschrikkelijk, door de volgende morgen een zilveren drinkbeker in de ransel van de jongen te verstoppen.

Nadat ze vertrokken waren beschuldigde ze de jongen van diefstal, waarna de beker gevonden werd. De rechtzaak was kort en krachtig, volgens de Fuera van Alfonso X “de Wijze”; de galg! De ouders waren vertwijfeld maar moesten door naar Santiago, waar extra gebeden werd. Op de terugreis na 36 dagen vonden ze de jongeling nog steeds levend aan de galg, doordat Santiago hem ondersteunde!

De rechter werd opgezocht, die net zat te tafelen. Hij geloofde het verhaal niet en zei dat de smakelijk gegrilde haan en hen, waar hij net aan was begonnen, eerder zouden wegvliegen dan dat dit waar kon zijn. En zie; de haan en hen begonnen veren te krijgen, te kraaien en vlogen weg!
De jongen werd direct van de galg gehaald waarna de deerne zijn plaats innam.

11

                             Gallinero (Kippenhok) in Kathedraal                              

 

Het verhaal van de haan en de hen is typisch voor Santo Domingo geworden, hoewel er meer plaatsen waren met een dergelijk verhaal.
Al in de Codex Calixtinus van Aymeri Picaud uit 1139 wordt dit verhaal verteld. Vanaf 1350 wordt beschreven dat er kippen in de kerk zitten. De Gallinero is Gotisch en van 1460.

In het kippenhok zit een helder witte haan met 2 hennen, die elke 2 weken ververst worden. De witte veren stonden voor zuiverheid, zwarte veren voor het tegendeel en worden uitgetrokken! Er schijnt een levendige handel in zwarte veren te zijn!

Het hele verhaal doet wel wat denken aan de beproeving van Adam en Eva, waarbij (natuurlijk) de vrouw de schuldige is!

10 jaar geleden sliepen we in een bijgebouw van de refugio naast de kerk op de vloer. We waren laat en de bedden waren bezet. Op de laatste houten plank met een deken op de betonnen vloer was niet alles en voor ons de laatste keer. Achter de schuur was een complete kippenren, waar een oud baasje 30 of 40 reservekippen verzorgde voor het hok in de kerk.

We zoeken de refugio op van de Cisterciënzernonnen aan de Calle Mayor. Het is een Spartaans onderkomen; totaal verwaarloosd en haveloos.


1

Menu Peregrino 

 

1

Duitse fietspelgrims

 

Maar we hebben een bed na een lang traject van 40 km.
De Menu Peregrino is perfect, waarna we om 21:30 uur terugkomen in de refugio. De Duitse fietspelgrims van de kersenboom zijn er ook en we lachen heel wat af. Opeens staat een oudere barse non voor ons, die maant rustig te doen. Plezier op de Camino is schijnbaar zondig!
We gaan maar gauw slapen, dat met enige hindernissen zal verlopen, maar we zijn 213 km op pad!

 

 

tab