20 Augustus, Santillana del Mar – Comillas
25 km, 40 m hoogte

Het is druk ’s ochtends in de refugio en we zijn dan ook blij als we ons er doorgeworsteld hebben.
Santillana is nog bijna uitgestorven zo vroeg en al gauw zijn we op pad richting Arroyo. We komen na dit dorpje in een weids landschap, zacht golvend, met de zee in de verte en mooi groen.
Heel lang zien we het kerkje van San Pedro op een heuvel tot we er langs lopen.

Kerkje van San Pedro in de verte

 

Bar Las Sopeñas van Pepe el Siete

 

 

Vandaag is het heerlijk weer, onbewolkt en een 25° C, perfect om te lopen! Na een kilometer of acht zien we in Caborredondo de uitnodigende bar “Las Sopeñas”, waar we aansteken voor de Café con Leche met broodje. Ons wasje van gisteren is nog nattig en in de zon op het terras hangen we deze uit. Het droogt pijlsnel!
De eigenaar heet Pepe en boven de deur hangt zijn wapen met eronder; Pepe el Siete, ofwel Peter de Zevende.
Buiten het dorp gaan we over de viaduct van de Carretera en zien Martin beneden langs de weg lopen. Hij heeft een pauwenveer gevonden en deze bij zijn collectie veren op de strohoed gestoken.
Met zijn uitgestukte T-shirt ziet hij er echt uit als een vagebond.

 

Hij wil nu zo snel mogelijk lopen en volgt daarom de Carretera, wat meestal de kortste weg is, hierna zien we hem voorlopig niet meer. Wij willen dit niet, want dan kun je net zo goed de auto nemen en mis je de mooiste stukken natuur.
Een bergrug gaat het over, waarna we in Cigüenza langs de kerk van San Martín komen met een aantal vervallen adellijke paleizen;
schilderachtig en verlaten.

 

Kerk van San Martín

 

Cóbreces

 

Novales ligt in een beschut dal met een miniklimaat. Het  staat vol met citroenen die zelfs verkocht worden, we zijn 10 km op weg.
Weer gaat het een bergrug over en zien van verre de torens van de kerk en het klooster liggen in Cóbreces. Hier kan overnacht worden, maar we willen door.
Achter het klooster en de kerk langs loopt de route over een scherpe kam naar een mooi dal, dwars door de bossen, tot we weer op de Carretera uit komen bij La Venta de Tramalón.
Hier is een café en het is “Gasolina”- tijd bij deze hitte.
Door mooi liggende dorpjes gaat het de laatste 5 km naar Comillas, waar we na 25 km aankomen.
Comillas ligt aan schilderachtige baaien en er is heel wat te zien.
Bovendien is de refugio “La Peña” (de straf) een gerestaureerde gevangenis en daar willen we wel slapen.

Helaas gaat deze pas open om 16:00 uur, zodat we de rugzak hier laten en eerst bij de plaatselijke Portugees “O Porto” een Menu del Dia nemen. Het steile weggetje naar de refugio hebben we heel wat keren genomen!

Comillas met zijn baaien 

 

De Refugio “La Peña”

 

 

Na inschrijven en 5 Euro voor het bed betaald te hebben, gaan we het Palacio de Sobrellano bekijken. Dat ziet er indrukwekkend oud uit, maar is door de Marquis van Comillas in 1880 met kerk ernaast gebouwd. Een goede vriend van hem was de Spaanse koning Alfonso de XII, die regelmatig op bezoek was en hem Marquis maakte. De Marquis was een Americano en had fortuin gemaakt in Cuba. In wat een weelde leefde de landadel!

 

Palacio de Sobrellano

 

Casa  El Capricho van Gaudi

 

Casa El Capricho ligt naast het paleis en is door Gaudi in 1885 gebouwd voor de schoonzuster van de Marquis. Het was zijn tweede gebouw.
El Capricho betekent buitenissig en dat is het gebouw met recht!
Veel tegelwerk in groen met grote gele zonnebloemen en rode en gele bakstenen. De toren is een soort minaret ter decoratie.
Na enige tijd wist ik het: dit is het peperkoekhuisje van Hans en Grietje ! Er zit nu een duur restaurant in.

Anna was ook aangekomen en wist dit sprookje in vlekkeloos Spaans te vertellen aan M-C! (De heks = La Bruga)

 

☼  Gaudí 1852 – 1926
Geboren in 1852 in de Catalaanse stad Reus sprak bij voorkeur alleen Catalaans. Hij was een opgewonden standje en leed van jongsaf aan reuma. Was een middelmatige student met een geniaal gevoel voor constructies en ornamenten. Hij is nooit getrouwd geweest en leefde zeer sober in zijn laatste jaren.
Bij het afstuderen zei zijn promotor: Het is of een halve gare of een genie!
Al in 1883 kreeg hij de opdracht voor de Sagrada Familia in Barcelona, waar men heden ten dage nog aan bouwt.
Hij was praktisch ingesteld en werkte met goedkope en locale bouwproducten. Hij tekende weinig maar ontwierp vooral in maquettes. Testte op deze wijze spatkrachten op boogvormen, gewelven en zuilen. Deze buitenissige ontwerpen, zoals bij de torens van de Sagrada Familia, blijken uit hedendaagse berekeningen met computers, met vaak geringe marges, perfect te kloppen.
Na in 1911 ernstig verzwakt te zijn door de Spaanse (Malteser) griep werkte hij uitsluitend aan de Sagrada Familia.
Toen hij in 1926 door een tram werd aangereden en 3 dagen later op 74 jarige leeftijd overleed had hij er 43 jaar aan gewerkt.
Hij ligt begraven in de crypte van deze kerk en is in Spanje zo ongeveer heilig verklaard.

Gaudí

 

De kerkelijke universiteit is een ander opmerkelijk gebouw dat boven de stad uittorent, maar we gaan ’s avonds naar de gezellige oude binnenstad en zoeken een terrasje op.
Op het pleintje zijn kunstenmakers in de weer. Zo midden in de zomer speelt alles zich op straat af.

Pleintje in Comillas

 

Overal baaien

 

 
We zitten hier een tijdje waarbij de ober Duits probeert te praten.
Comillas is een van de meest opmerkelijke plaatsjes op de route!
Bij het dagelijkse telefonisch contact blijkt thuis gelukkig alles goed te gaan. Je kunt een leven zonder “handy” eigenlijk niet meer voorstellen. De afrekening later is er ook wel na!
Terug in de refugio is het goed slapen na 358 km!

 

tab