4 Mei, Molinaseca – Triacastela 88 km

Lopers rommelen al vroeg zodat met licht worden opgestaan wordt. Door de zwaar beslagen ramen wordt naar buiten gekeken hoe het weer vandaag is. Volgens een Duitse klaart het op, volgens mij juist niet. Voor 3 Euro is er een ontbijtje met geroosterd brood, een yoghurtje en sinasappelsap zodat goed gevoed op weg wordt gegaan.

dagroutes Spanje fiets 2011

Molinaseca - Triacastela, 88 km, Dagtraject 25

Het klimt al meteen maar gaat dan snel naar beneden naar het op 540 m hoogte gelegen Ponferrada, dat maar een paar kilometer verder ligt. Ponferrada is genoemd naar de ijzeren brug, die honderden jaren geleden voor de Pelgrims over de Río Sil gelegd is.

SDC11538

Naar Ponferrada

De stad is na 1940 een echte industriestad geworden en van een paar duizend inwoners naar 70.000 gegaan. Natuurlijk met alle wanstaltige nieuwbouw die erbij hoort. Het nieuwste is nu een soort wolkenkrabber die van verre te zien is. Toch is dit het oude centrum van de mijnstreek waar de Romeinen hun goud vandaan haalden. Tot de mijnencrisis in 1980 met ijzer, wolfraam en kolenmijnen. Nog zijn de zwarte stukken te zien van de voormalige kolenbergen waar doorheen gereden wordt langs de Camino. De stad is nu een centrum van moderne industrieën en dienstverlening met universiteit.

Bestand: Escudo Ponferrada.svg

Wapen Ponferrada met Tempeliersburcht

De Tempeliers bouwden een machtig kasteel hier, van waaruit de Camino beschermd werd en ze bankier speelden. Berucht waren ze om hun drankgebruik (zuipen als Tempeliers!). Na de Putsch tegen hen werden ze in 1312 verdreven.

SDC11539

SDC11540

SDC11541

Tempeliersburcht

De Tempeliers
De Orde van de Tempeliers was begin 1100 opgericht om pelgrims en het Heilige land te beschermen. Het waren edellieden/ridders /monniken die in een strikte hiërarchie leefden. De Grootmeester was de hoogste in rang met als titel Senechal (algemeen) en de Marechal (legerleider) als tweede man. Zij waren alleen verantwoording verplicht aan de Paus (In deze tijd waren er soms wel drie Pausen; Rome, Avignon en Perpignan!). De orde was al gauw rijk en fungeerde als bank voor vele koninkrijken. De plaatselijke bisschoppen hadden niets over hun te vertellen. Ze werden arrogant gevonden en hadden vele vijanden, wat hun later fataal zou worden.

http://img.geocaching.com/cache/56ea6ac1-f90f-4f7d-ac85-416690c2388f.jpg

De route naar Santiago was de 3e belangrijke pelgrimsroute.De Tempeliers hadden ook in Spanje overal burchten, kerken en versterkingen opgericht.Ze zorgden ervoor dat het banditisme op de route naar Santiago uitgebannen werd en waren dé vechtjassen in de reconquista van Spanje op de Moren. Deze Orde had een geweldige aantrekkingskracht op edellieden en was zeer succesvol. Hun macht groeide en de bezittingen waren immens.


Hier moest wel een reactie op komen. Dit gebeurde in 1307 waarbij, in een ongelooflijke actie, in één klap, de Tempeliers overal werden opgepakt en veroordeeld voor corruptie, sodomie en ketterij. Er achter zat vooral de Franse koning Philips de Schone, die zwaar in de schulden zat bij de Tempeliers en Paus Clemens kon manipuleren. Deze zat in Avignon en was afhankelijk van de goedgunst van de koning. De bezittingen van de Tempeliers werden dan ook genaast door Philips die meteen uit de schulden was. Trek dit door naar de hedendaagse machtspelletjes en je ziet; de geschiedenis herhaalt zich.Als je langs de verschillende Camino’s loopt zijn overal nog restanten van de Tempeliers te zien en hun vlag wappert boven verschillende refugio’s, welke zich hiermee identificeren.

http://www.archeonet.be/images/Tempeliers_zegel_klein.jpg

Tempelierszegel (2 Tempeliers deelden een paard)

Onlangs heeft men een document aangetroffen waarin Paus Clemens beweert de Tempeliers niet opgeheven te hebben. Er zijn dan ook weer hedendaagse Tempeliers die de traditie doorzetten. Tempelier wordt men alleen op uitnodiging en heeft een elitair karakter.

Dwars door het centrum wordt de route naar Columbrianos gezocht. Het lukt me eerst nog een behoorlijk stuk verkeerd te rijden tot het wat onduidelijke weggetje gevonden wordt. De Bierzostreek ligt nu voor ons met zijn zachte heuvelruggen vol wijngaarden en kersenbomen beplant en bekend om zijn vruchtbaarheid. De Bierzo is een komgebied, net voor Galicië, met al wat extra water en in de zomer behoorlijk, maar iets gematigder, warm, zodat er prachtige groenten en fruit vandaan komen. Ook is de wijn en cider bekend.

SDC11542

Camino bij Columbrianos

Langs groene velden gaat het over een mooi smal verhard weggetje langs de wandelaars. Cacabelos is een wat groter plaatsje waar direct over de Río Cúa aan de rechterzijde de kapel van Las Angustías ligt. Om de kapel is een gesloten binnenplaats geformeerd waarbij rondom de kerk 70 bedden in Cabines zijn getimmerd. Volgens Tomás was deze refugio nog gesloten, maar bleek bij passeren open te zijn. Een opmerkelijk adres voor een goede overnachting!

100_0369

Las Angustías

Meteen het stadje uit begint een steile klim richting Villafranca en golft het wat intensiever door het afwisselende en mooie land. Koud is het wel in vergelijking met de afgelopen tijd zodat de schoentjes, handschoenen en muts nodig blijven. Boven op een afgeplatte heuvel liggen de restanten van een Romeins kampement, die Las Médulas moesten bewaken. Op de hoge punten is dit links in de verte te zien waarbij de grillige gele rotspunten opvallen. Ooit was dit de grootste goudmijn van het Romeinse rijk!

http://gallery.photo.net/photo/2236087-lg.jpg

Las Médulas


☼  Las Médulas
Ligt ten zuiden van Ponferrada waar de Romeinen in de eerste eeuw na Christus uitgebreide goudmijnen hadden (2 eeuwen lang). Men dolf gangen in de bergen met behulp van hydraulische technieken (watergangen) en door het inzetten van vele slaven (> 60.000), die het daglicht nauwelijks zagen.

Per jaar werden 20.000 Romeinse ponden gedolven. In 250 jaar werden zo 1650 ton goud afgevoerd.

Via deze Ruina Montium methode werd water via kanalen en aquaducten aangevoerd en met geweld door de tunnels geleid. De berg werd ondergraven en stortte in. Het modderhoudende water werd trapsgewijs afgevoerd, waarna het zwaardere goud uit het water gezeefd werd. Wat overgebleven is, zijn uitermate grillige formaties in een kenmerkende goud/rode kleur, die door de Unesco als werelderfgoed zijn erkend. Elke 1000 kg zand bevat hier nog 4 gram goud!

Als Villafranca del Bierzo door de hoofdstraat wordt binnengefietst is het half twaalf en tijd voor koffie. Op het pleintje buiten de wind in de zon is het zelfs lekker, zodat weer op temperatuur gekomen wordt. Steeds crossen een paar Spanjaarden op de fiets mijn weg. Elke keer groeten we elkaar.

Villafranca del Bierzo geeft vanuit zijn naam aan dat het een vrijplaats was in de herbevolking nadat de Muzelmannen verdreven waren in de 11e eeuw. De Abdij van Cluny had hierin een leidende rol op deze belangrijke etappeplaats op de Camino de Santiago. Vele Franken bleven hier hangen en zorgden voor de wijnbouw. Ze waren vrijgesteld van belastingen, tol en hadden privileges als markten. De bevolking werd een mengsel van Galiciërs, Joden, Franken en oorspronkelijke bewoners. In Spanje kom je nog vele Villafrancas tegen (Villa Franca de Montes de Oca eerder op de Camino).

Bestand: Escudo de Villafranca del Bierzo.svg

Wapen van Villafranca del Bierzo

Villafranca had een speciaal privilege ingesteld in 1122 door Paus Callistus II.  Als Pelgrims door ziekte en zwakte niet meer verder konden naar Santiago en al voldoende ver (minimaal 100 km) op weg waren, kregen ze dispensatie voor het laatste stuk naar Santiago. Hiertoe gingen ze door la Puerta del Perdón (Poort van vergeving) van de Santiagokerk, waarna ze toch dezelfde aflaten kregen. Het kerkhofje ligt vol met Pelgrims die door de poort gegaan zijn!

100_0375

Santiagokerk

De Markies domineerde de omgeving. Marquesado werden adellijke personen in de Reconquista als ze zich buitengewoon dapper onderscheiden hadden in de gevechten met de Muzelmannen. Ze markeerden dan een nieuw veroverd stuk land en werden leenheer onder de koning.

SDC11545

Castillo de Villafranca

De stad door kom je langs andere opvallende gebouwen zoals het Convento de los Padres Paúles, het vroegere Jezuïetenklooster en nu omgevormd tot een hotel. Ervoor wordt een markt gehouden met de rommelige gezelligheid die erbij hoort. En dan te bedenken dat hier maar 3500 mensen wonen.

SDC11546

Convento de los Padres Paúles

Voor ons ligt de brug over de Burbia. Nu begint zo het echte werk met de klim naar het Cantabrisch gebergte. Gelukkig loopt er tegenwoordig een autosnelweg, waar jaren aan gewerkt is, richting Lugo, zodat de Carretera nu bijna verlaten is. Langs de weg hebben ze zelfs een betonnen afscheiding gezet zodat het buitengewoon veilig is. In 1998 was dit de enige route naar Galicië zodat het verkeer over de smalle bochtige weg raasde, terwijl je als Pelgrim voor de vangrail moest lopen. Heel wat angsten uitgestaan als weer zo een reuzenvrachtauto met vretende wielen akelig dicht langs je daverde, terwijl de chauffeurs ’s middags zich tegoed hadden gedaan bij het eten aan wijn en koffie met aguadente na!

SDC11547

Brug Villafranca uit over de Burbia

SDC11548

Vanuit het dal de Valcarse

Door dit smalle dal klimt het aanhoudend maar rustig omhoog. Wat nu volgt zijn de 30 zware kilometers naar O Cebreiro.

Profiel Cebreiro

Villafranca del Bierzo - Santiago

Door dit dal trekken al duizenden jaren Pelgrims en legers naar Galicië. Het is droog en koud waardoor goed opgeschoten kan worden. Bij de dorpjes Pereje en Trabadelo kan nog over de kleinere historische route gefietst worden door prachtige tamme kastanjebossen met metersdikke bomen. Ambasmestas en meteen hierna Vega de Valcarse wordt na het grote benzinestation met winkels aan de oude route ingestoken. Het laatste gedeelte was drukker met meer vrachtverkeer. In de hoofdstraat van Vega staat aan de rechterzijde een Restaurant waar een Menu Peregrino wordt aangekondigd. Het zou een wijs besluit blijken hier de accu nog eens goed op te laden, bovendien is het al ver na twaalven. Als op het terras buiten een sigaartje wordt gerookt komen de drie Spanjaarden op de fiets weer langs. Ik hoor ze nog zeggen: daar zit hij met een sigaartje (Pudo)!

Nu op voor de ultieme uitdaging: de pas naar O Cebreiro. Na Ruitelán begint het echte werk met 1,5 km klim op 7%.

SDC11549

Ruitelán

Het voorjaar lijkt aanwezig te zijn in de uitgelopen bomen en struiken. Hoe anders zou dit worden! De bergen worden steeds hoger en donker dreigend.

SDC11550

De echte klim is begonnen voor Las Herrerías

Het eerste stuk tot Herrerías (ijzerhutte) was op gang komen. Nu volgt het echte werk; 9 km kilometer klim tot de Puerta de Pedrafita op 1100 meter. Behoorlijk wat stukken met een helling van 8 à 9 % en dat betekent echt afzien. Afstappen gebeurt een enkele keur voor de foto of om uit te puffen.

SDC11551

Steeds hoger

Als eindelijk Puerta Pedrafita wordt bereikt ben ik ook al 2 uur bezig en is het eigenlijk tijd om behalve water een colaatje te pakken. Hoera we zijn in Galicië!

                                                       

  Galicie     Galicie

  Galicië
Ligt in het noord westen van Spanje, in het verlengde stuk boven Portugal. Het is een bergachtig gebied tot boven de 2000 m. Door de vele regen is het overvloedig en rijk begroeid. Het landschap is oorspronkelijk, grillig en van een grote schoonheid. De mensen wonen op het land versnipperd vooral als keuterboeren.

Boeren en vissen waren tot voor kort de hoofdactiviteiten en de Keltische invloeden zijn overal aanwezig. Dit uit zich in de symbolieken bij religieuze afbeeldingen op kruizen en kerken. De Gaita (doedelzak) wordt volop gebruikt. Oude heksensaga’s en natuurkrachten spelen nog altijd een grote rol in dit geheimzinnige land. De Melkweg wees de weg naar het einde van de wereld; Finis Terrae nu Fisterre.

De zon ging hier onder en op de stranden van de platte aarde hield men ceremoniën. Het is dan ook niet zo verwonderlijk dat in deze traditie Santiago, de tegenwoordige hoofdstad, is ontstaan. In onze tijd trekken de 2,7 miljoen Galiciërs naar de steden en dit zorgt voor verlaten dorpen. De taal lijkt veel op Portugees en heeft een eigen status. Galicië is altijd onderdeel geweest van het koninkrijk Castilië en León. Het eten is rijk en afwisselend met veel vis, vlees, groenten en wijn. In het noorden ligt de Provincie Mariña, waar de zee invloed extra merkbaar is en het heksengeloof zichtbaar aanwezig. Hier komen we in de deelprovincie Lugo.

.

Hórreo, symbool van Galicië

 

SDC11552

Puerta de Pedrafita

Alles blijkt gesloten en uitgestorven in het dorp zodat uiteindelijk maar verder gegaan wordt voor de laatste 4 km naar O Cebreiro. Dit zijn wel de laatste loodjes met stukken tot 10% waarbij werkelijk alles gegeven moet worden om in de kleinst mogelijke versnelling net niet van de fiets te vallen. De snelheidsmeter stopt ermee beneden de 5 km en dat was regelmatig het geval. Steeds kouder wordt het nu wat door je kleren heen vreet. Het laatste stuk wordt kaler met ook nog wind wat het niet beter maakt. Als O Cebreiro wordt binnengereden is dit een opluchting, uiteindelijk is het toch 1320 m hoog!

SDC11553

Pas bij O Cebreiro

Het dorp zelf ligt wat hoger dan de pas met geweldige uitzichten over het omringende gebergte. Dat ook dit Spanje is zal een buitenstaander, die alleen aan de Costa’s denkt, niet licht geloven. Het zou ook Oostenrijk kunnen zijn! Hoogste tijd om op temperatuur te komen met een grote bak koffie en zelfs een Caña voor de vochthuishouding in het hotelletje met resto midden in het dorp.

O Cebreiro is een mooi gerestaureerd middeleeuws dorpje met duidelijke Keltische invloeden. De Pallozas, oorspronkelijke Keltische ronde hutten met strooien daken waar men vroeger in woonde zijn opgeknapt en geven het dorp een speciale sfeer.

100_0399

Pallozas

SDC11555

Tijd voor Café can Leche

Het kerkje bestaat al vanaf de 9e eeuw toen hier al een hospital was met kerkje onder de regels van Cluny. Het is de oudste van de gehele route, Pré-Romaans en door Benedictijner monniken in de eerste helft van de 9e eeuw op deze historische grond neergezet. Het heeft bovendien een heilige graal! In 1400 heeft hier een opmerkelijk Eucharistisch wonder plaatsgevonden, waarbij brood en wijn veranderden in lichaam en bloed. Dit wordt via de Remonstrants als Heilige Graal van Galicië in de kerk tentoongesteld. Dit wonder past goed in de geheimzinnige sfeer van O Cebreiro.

☼  Pastoor Elías Valiña Sampedro
Pastoor Elías Valiña Sampedro (1929 – 1989), tevens doctor kerkelijk recht in Salamanca en expert over de Camino de Santiago, heeft in de jaren ’70 verschillende studies gepubliceerd over de Camino. In 1984 is hij begonnen de Camino met gele pijlen te markeren, vanaf de Spaanse grens tot in Santiago. Hij is verschillende malen geridderd, maar steeds Pelgrimsvriend en pastoor in O Cebreiro gebleven. Hij is in de kerk in een tombe bijgezet. Volgens het oude gebruik mag hij wel heilig worden verklaard binnenkort (Santo Domingo de la Calzada, San Juan de Ortega)!

Datei:CebreiroDElias.jpg

Pastoor Elías Valiña Sampedro

SDC11554

Geheimzinnig O Cebreiro

Ondanks de koude hierboven moet toch verder worden gegaan waarbij nog 2 colletjes genomen moeten worden. Het is bovendien bijna uitgesloten in de refugio hier te blijven of in het eerstvolgende dorp Hospital da Condesa. Galicië is voor een hoop Pelgrims het beginpunt van de Camino. Ze komen met de bus aan en bezetten voorlopig alle herbergen. Hou hier dus goed rekening mee en zoek net ervoor plaats (lukt prima!) of in Triacastela.

Hoewel nog zo vroeg in het voorjaar zit de refugio al propvol als bij het verlaten van het dorp langs gekomen wordt. Eerst een stukje naar beneden met weer de geweldige uitzichten over het noorden van Galicië.

SDC11556

Noorden van Galicië

Verderop klimt het weer waarbij de harde wind recht op de kop blaast. Bovendien valt er een lichte stuifsneeuw die gevoelig prikt. De weg omhoog naar de Alto de San Roque tekent op de dennenbomen haarscherp de vorstgrens door de aangevroren mist op de naalden.

SDC11557

Vorstgrens op de bomen

Bij het beeld van San Roque moet even gestopt worden. De foto’s worden steeds moeizamer genomen waarbij het de vraag is hoelang de batterijen het volhouden in de kou.

SDC11558

Alto de San Roque

Vanaf San Roque gaat het over de bergruggen naar beneden langs Hospital, met een venijnig klimmetje naar de Alto do Poio op 1335 m hoogte en het laatste echt hoge punt tot Santiago. Vanaf O Cebreiro waren dit 9 loodzware kilometers.

SDC11559

Alto do Poio

Het is nu zaak de berg zo vlug mogelijk af te komen naar beneden waar het warmer moet zijn. Door het ploeteren met het klimmen gaat een natte rug samen met de indringende koude, waarbij de handschoenen en overschoentjes te weinig bescherming bieden; geen fijne combinatie! Triacastela ligt al gauw een 700 m lager en dat maakt veel uit. Het jack goed winddicht gesnoerd wordt begonnen aan een pijlsnelle afdaling. Een enkele keer stop ik voor een foto. Als halverwege wat blauwe bloemetjes worden gefotografeerd, passend bij de kou, komen de drie Spanjaarden weer langs, verbaasd kijkend. Een vraagt of het goed gaat wat natuurlijk beaamd wordt.

 

SDC11560

Zo gauw mogelijk omlaag!

SDC11561

Blauwe bloemetjes passend bij de kou

De afdaling naar Triacastela is 14,5 km lang over de Carretera, die gelukkig praktisch verlaten is, zodat zwabberen over de weg met zijn stikke bochten geen probleem is. De snelheid loopt zo nu en dan naar de 70 km zodat bijgeremd moet worden om het niet te link te maken. Vooral de laatste kilometers stijgt de luchttemperatuur tot een bijna behaaglijke waarde. Het laatste stuk wordt zo het stadje ingereden, waar aan de linkerzijde Albergue del Refugio del Oribio zit. Meteen steek ik hier aan. De drie Spanjaarden zitten hier ook en klappen dat het allemaal goed gelukt is.

SDC11562

Triacastela

Bestand: Escudo de Triacastela.svg

Ooit stonden hier 3 Keltische versterkingen

De refugio is behoorlijk vol en particulier, maar een bed wordt op een bijna volle zaal verkregen. De douche is weliswaar nat op de vloer, maar heerlijk warm waar je onherroepelijk van opknapt. De fiets staat onder in de garage dus veilig uit zicht. In het keukentje zijn Pelgrims in de weer met de onvermijdelijke macaroni. Iets verderop zit een Café met op zijn typisch Spaanse manier een Resto. In de Comodor kan aansluitend na het pilsje een heerlijk Menu Peregrino gegeten worden. In bed is het gelukkig goed warm na de 88 km vandaag. Zonder twijfel één van de zwaarste etappes, ook al door de koude. 2536 km van huis klinkt toch een heel eind ondertussen!

tab