29 Mei,Warlaing – Geraardsbergen 116 km
De Campingbaas zit al vroeg op zijn vrije zaterdagmorgen aan de vijvers te vissen. Op tijd wordt het tentje opgebroken en voor zover mogelijk te drogen gehangen. Het weer ziet er wel goed uit maar door de vijvers is alles erg vochtig.
Forêt de Marchiennes
Na een paar kilometer gaat het kilometers lang over een fietspad dwars door een mooi bos; Forêt de Marchiennes. Het gedeelte over de autosnelweg is niet gemakkelijk, omdat het vinden van de goede weg echt een probleem is en nogal eens fout gefietst wordt.
Rumegies
Eindelijk wijst in de buurt van Rumegies een klein bordje richting België. Het is net of de huizen al Belgischer worden met hun baksteen en lange straten.
Warlaing – Geraardsbergen 116 km, Dagtraject 47
Richting grens
Als België wordt binnengereden is dat onmiskenbaar te zien aan de betonnen wegdelen, die elke paar meter een kaboem effect geven door de bitumenvoegen, bovendien liggen ze nogal eens schots en scheef. Het eerste dorpje heet Rongy dat uitgestorven is en waar weer eens de verkeerde weg genomen wordt, zodat ik eigenlijk langs de grens rijd richting Rumes. La Glanerie is wel een mooi buitenhuis maar ook een half uur om.
La Glanerie
Uiteindelijk wordt langs de grote route de N508 naar Tournai gefietst, waarvan de vele torens al van verre wenken. De Schelde loopt dwars door Tournai of Doornik. De linkeroever was Vlaams, de rechteroever Frans gebied en daardoor als grensstad altijd betwist gebied. Lange tijd is het graafschap Vlaanderen een Frans leengewest geweest en Doornik Frans. In het stadswapen zijn nog altijd 3 Franse leliën te zien.
Doornik
Doornik heeft een prachtig centraal plein; de grote markt. Op deze zaterdagmorgen is er ook markt en vol met prettige terrasjes, die meteen opgezocht worden. Onder het statige oude Belfort uit 1100 is het goed zitten!
Het Belfort
Het is een geweldige stad met prachtige panden en maakt een bijzonder gezellige indruk. Echt een stad om een lang weekend door te brengen. Het is ooit de hoofdstad geweest van de Salische Franken, voordat het naar Parijs ging. Deze grandeur is nog te proeven! De koffie is meteen weer prima en bij het afrekenen ook maar 1,80 zodat je verwonderd opkijkt na Frankrijk. Het is met een 68.000 inwoners een overzichtelijke stad. De oude stad was ook een belangrijke etappeplaats voor doortrekkende pelgrims.
Grote markt Doornik met kerk St.Quentin
Met de fiets aan de hand wordt langs de Kathedraal gelopen. Een imponerend bouwwerk in een donkergrijze tint door de toegepaste granieten stenen.
Kathedraal te Doornik
De Kathedraal is opgedragen aan Onze Lieve Vrouwe. Hij is gebouwd in 1100 tot 1300 en voornamelijk in de Romaanse stijl. Later werden steeds verbouwingen uitgevoerd, zodat het koor in hoog Gotische stijl afgebouwd werd. In de kerk zijn meesterwerken te bewonderen zoals onderstaande schilderij van Rubens in de speciale kapel in 1299 opgericht ter ere van Lodewijk de IX van Frankrijk.
De bevrijding van de Geesten uit het Vagevuur
1663 Peter Paul Rubens
Achterzijde Kathedraal
Doornik uit is het achter de Kathedraal niet lang zoeken want over de Schelde gaat het naar het boerenland van Henegouwen. De Schelde ziet eruit als een Nederlandse gracht met zijn stenen kademuren en pandjes.
Schelde in Doornik
Bijna direct begint weer een betonplatenweg door zacht golvend landschap. Zo verlaten is het eigenlijk ontspannen fietsen. Maar de route wordt afgesloten en ze willen hebben dat een alternatieve route genomen wordt.
Afgesloten? Niets van aan trekken!
Een stukje doe ik het maar wordt werkelijk te ver van de route gestuurd. Het is typisch een omleiding voor auto’s waarbij afstand en hellingen er niet toe doen. Terug op de route gewoon doorgaan en wat blijkt? Met de fiets is er niets aan de hand en kan gewoon doorgestoken worden!
Het wordt steeds heuvelachtiger. De laatste heuvels van de route moeten hier overwonnen worden. Het gebied noemt men de “Collines” (heuveltjes) en neemt de nodige energie.
Betonplatenwegen
De dorpjes zijn compleet uitgestorven. Nergens een open Café laat staan winkeltjes of wat dan ook. De Walloniërs zijn aan de Fransen gewaagd: zelfde cultuur en teruggetrokkenheid! Het enige cafeetje dat wat lijkt, blijkt al enkele jaren gesloten te zijn.
Kapelletje ter ere van Gravin Clémentine d’Oultremont-Croÿ uit 1895
De dorst wordt na uren door deze heuvelachtige streek met nog behoorlijk felle klimmetjes steeds groter, totdat een kantine wordt ontdekt van een sportvereniging in Ceudeghien. Jongens met sporttassen lopen naar binnen, maar eens proberen. Het blijkt een kaatsclub te zijn, in deze streek een grote sport.
Kaatsvereniging in Ceudeghien
Ze zijn uitermate vriendelijk voor een Pelgrim die zijn dorst kan lessen en met Croque Monsieur uit de brand wordt geholpen. Opvallend zijn de andere zeden hier. Telkens als een speler binnenkomt worden alle anderen begroet met een omhelzing en kus! Ze zijn trots op hun club en hebben al meerdere keren de landstitel veroverd. Ze zeggen dat het te vergelijken is met het kaatsen in Friesland en het Pelote Basque in Baskenland.
Laatste stukje Collines
De laatste hellingen worden nu genomen naar Lessines, of Lessen op zijn Vlaams. In het centrum zit een Algerijn die nog Nederlands spreekt ook en een geweldige “Couscous” heeft, volgens eigen zeggen. Ondanks dat het al na drieën is geen enkel probleem. Dus maar gauw proberen. Het is inderdaad perfect buiten op het terrasje zodat lekker bijgekomen wordt van deze wat moeizame dag. Maar het mag niet te mooi worden, langzaam wordt het donkerder en al gauw begint het werkelijk te plenzen! Onder de parasol blijf je in ieder geval droog zodat de bui maar uitgezeten wordt. Het koelt meteen wel een stuk af maar na een uurtje kan weer verder worden gegaan.
Lessines
Bij de haven met zijn molen wordt de rivier de Dender opgepakt. Vanaf nu heerlijk vlak fietsen over een soort jaagpad langs het kanaalachtige riviertje.
Sluisje in de Dender
Het is een soort toeristisch fietspad mooi aangelegd door het groene dal van de Dender. Als het pad slechter en het beton een sintelverharding wordt moet wel bijna een ander gebied bereikt worden!
De wegen worden minder
En verdorie, na Deux-Acren heet het ineens Tweeakkers, wordt het pad mooi verhard en is haarscherp de taalgrens overgestoken. Bij het eerstvolgende bruggetje staat alles in het Nederlands compleet met open cafeetje! Geraardsbergen ligt meteen hierna en aan de route langs het water moet een jeugdherberg liggen; ’t Schipken.
Eindelijk Nederlandstalig!
Bij ’t Schipken is de ontvangst hartelijk door een vrouw met kleuter die de Jeugdherberg drijft. De fiets gaat in het speciale hok en ik krijg een kamer voor mij alleen. Voor 16 Euro slaap je heerlijk onder de lakens met mooie douches. In het gebouw is een familie uit Turnhout die een lang weekend doorbrengt. Ze hebben hun spullen bij zich zodat de keuken bijna bezet is. Verderop zit een frietkot maar daar heb ik geen zin in, laat als gegeten is.
‘t Schipken
Later op de avond maak ik een noodrantsoentje noedels klaar in een pannetje wat meer dan voldoet. De pilsjes zijn uit een automaat te trekken en met de Vlamingen is het genoeglijk praten over de wereldpolitiek. Eén van hen was laborant op de kerncentrale van Mol. Al in zijn begin vijftiger jaren werd hij met pensioen gestuurd met behoud van alles. Op de vraag hoe dat nu verder moet met de energie voorziening, want wind en zon zullen maar zeer ten dele kunnen helpen is hij niet zo somber. Alleen al in De Pyreneeën zit genoeg uranium om kerncentrales duizenden jaren aan de gang te houden. Dus daar gaat het onherroepelijk naar toe. Tja, we willen van alles maar de stroomvoorziening moet wel kloppen!
Later duik ik lekker het bed in, nu op Nederlandstalig grondgebied. Het begint toch echt op te schieten! Vandaag 116 behoorlijk moeizame kilometers gemaakt, vooral in de Collines, maar de stand is nu 4861 km!